Serie prikkelverwerking deel 3 | Geur
Prikkelverwerking is een proces dat bij iedereen plaatsvindt. De prikkelverwerking, ook wel sensorische informatie verwerking genoemd, zorgt ervoor dat het lichaam in staat is te reageren op alles wat in de omgeving plaatsvindt. Dit gebeurt door een relatief simpel systeem: de zintuigen signaleren een prikkel. Die wordt doorgestuurd naar de hersenen, waar ze verwerkt worden. De hersenen kunnen vervolgens een seintje geven naar het lichaam om een reactie te geven, bijvoorbeeld je hand wegtrekken uit het vuur.
De manier waarop prikkels verwerkt worden is bij iedereen anders. De één is gevoeliger voor prikkels dan een ander, en ieder brein verwerkt de prikkels ook op een eigen manier. Iemand die heel gevoelig is voor prikkels zal deze liever vermijden, terwijl iemand die ongevoelig(er) is er juist naar op zoek kan gaan.
Prikkelverwerking en de zintuigen
Ieder mens heeft te maken met prikkelverwerking. Iedereen met autisme heeft prikkelverwerkingsproblemen, maar iemand met een prikkelverwerkingsprobleem hoeft geen autisme te hebben. Ieder brein verwerkt prikkels en iedereen is daar wel eens moe van. Mensen met autisme kunnen echter extra gevoelig zijn voor deze prikkels. Zoals ik hier al eerder heb beschreven kun je op verschillende manieren last hebben met prikkelverwerking. Het gaat hier dan om de prikkels die via de verschillende zintuigen door ons lichaam worden ervaren.
De meest bekende zintuigen zijn natuurlijk: zicht, gehoor, geur, tast en smaak. Daarnaast zijn er echter nog meer zintuigen. In deze serie zal ik elk zintuig toelichten en zo goed mogelijk uit proberen te leggen op welke manier het bij mij leidt tot over- of juist ondergevoeligheid.
Reuk en autisme
Over reuk en autisme bestaat weinig wetenschappelijk onderzoek, maar toch is over het algemeen bekend dat sommige mensen met autisme gevoeliger zijn voor geur. Volgens schatting lijdt een derde van de mensen met autisme aan een overgevoeligheid voor geur.
Ruiken doen we met ons brein
Misschien klinkt dit een beetje gek, maar in feite is onze neus enkel het doorgeefluik. Een geur is een samengesteld bundeltje moleculen die zich een weg banen naar ons brein om daar ‘gelezen’ te kunnen worden. Bij inademing komen deze moleculen in je neus terecht, waar ze zich bovenin de neusholte binden aan zogenaamde olfactorische receptoren. Sensorische neuronen sturen op dat moment een signaal naar de bulbus olfactorius, het hersengebied voor reuk dat ook wel bekend staat als de reukkolf.
Elke specifieke combinatie van moleculen stimuleert een bepaald gedeelte van onze hersenen. Hierdoor zijn je hersenen in staat om verschillende geuren van elkaar te onderscheiden. De reukkolf staat ook in verbinding met andere delen in het brein en geeft deze constant informatie over de geuren die je ruikt.
Het brein in beweging
Twee van de hersengebieden waarmee de reukkolf communiceert zijn het reptielenbrein en het limbisch brein. Het limbisch brein reguleert onder meer emoties en de herinnering daaraan. Dit is de reden dat het ruiken van een bepaalde geur soms kan zorgen voor het oproepen van bepaalde herinneringen of emoties.
Het reptielenbrein daarentegen is sterk gefocust op overlevingsdriften, zoals het vinden van voeding en het detecteren van gevaar. Dit hersengebied krijgt dan ook direct een signaal bij het ruiken van bijvoorbeeld een lekkere ovenschotel (voeding) of brand (mogelijk gevaar).
Uit onderzoek blijkt dat de hersengolven in het brein veranderen zodra onze zintuigen een geur waarnemen. De geuren die we ruiken, hebben hierdoor een grote invloed op onze breinprocessen en daarmee ook op onze gevoelens, gedrag en handelen.
Overgevoelig zijn voor geur
Lang heb ik gedacht dat geur zoiets was als de olifant in de kamer waar iedereen zich bewust van is, maar waar niet over gesproken wordt. Tot ik tijdens een therapiesessie in een nieuw kantoorpand hoorde dat mijn therapeut het eerste kwartier aan mij kan merken dat ik er niet helemaal bij ben. Of dat kon komen door alle geuren die bij binnenkomst op me afvlogen?! Op dat moment had ik nog geen autisme diagnose, en was ik er heilig van overtuigd dat iedereen zich stoorde aan de geur van de vloerbedekking in het nieuwe pand.
Toen ik later mijn autisme diagnose kreeg leerde ik dat ik uitzonderlijk reageer op geur, en dat ik dat kon linken aan mijn autisme. Hoewel dat dus niet betekent dat iedere autist hier last van heeft. Integendeel zelfs. Er is nog weinig onderzoek gedaan naar dit zintuig, maar wel is inmiddels duidelijk dat er in mijn autistische brein andere dingen gebeuren met geuren dan in het brein van mijn niet autistische medemens. Er gaan andere (en meer) hersengebieden aan en de ervaring is heftiger. Het is dus niet iets wat tussen mijn oren zit. Ik ervaar feitelijk en aantoonbaar meer en intenser.
Door mijn overgevoeligheid is het soms heel lastig om geuren te negeren of te blijven functioneren wanneer een geur me ‘aanvliegt’. Zeker in situaties zoals het openbaar vervoer kan ik niet even besluiten uit een tram of trein te stappen om aan de geur te ontsnappen. Gelukkig word ik er meestal niet misselijk of lichamelijk ziek van, maar het zorgt wel voor overprikkeling, wat dan weer maakt dat ik moeilijker functioneer. Zo komt het wel eens voor dat ik (eindelijk) op een plaats van bestemming ben, maar door bijvoorbeeld extreme geuren eigenlijk al te overprikkeld ben om nog te kunnen genieten van een uitje.
Ook thuis is het soms lastig. Het komt wel eens voor dat ik iets ruik wat niemand ruikt, of dat ik mijn huis ineens verschrikkelijk vind stinken. Ik kan dan helemaal in beslag genomen worden door de geur en waar het vandaan komt. Meestal kom ik er niet achter, maar heeft het me wel veel tijd en energie gekost. Daarbij ben ik zelf heel erg bang om te stinken, maar door mijn overgevoelige neus is sterke deo of een geurtje meestal geen optie. Ik kan bijvoorbeeld ook ruiken of ik zenuwachtig of angstig ben. Mijn lichaamsgeur verandert dan, waar een ander zich misschien niet eens bewust van is, wordt voor mij een heftige prikkel.
Tegelijkertijd kan ik ook extreem genieten van geuren en heb ik graag ‘veilige’ geuren om me heen. Zo heb ik graag kaarsjes aan, maar geniet ik ook enorm van de geur van versgebakken brood. Maargoed, wie niet. 😉 Daar hoef je geen autisme voor te hebben. Toch denk ik dat de geur en het daarbij horende gevoel bij mij veel langer blijft hangen dan gemiddeld. Ruiken kan ook een vorm van stimmen zijn. Fijne geuren helpen me mijn zenuwstelsel tot rust te brengen.
Onder gevoelig zijn voor geur
Onder gevoelig voor geur ben ik niet. Soms zijn mensen in bepaalde situaties onder gevoelig, bijvoorbeeld bij dingen/situaties die al bekend zijn, maar ook dan ben ik erg gevoelig voor geur. Hier echt iets nuttigs over opschrijven lukte dan ook niet zo goed, omdat ik me simpelweg niet kan voorstellen hoe het is om onder gevoelig te zijn voor geuren.
Heb jij hier wel ervaring mee? Laat het me dan weten, ik ben heel benieuwd naar jouw ervaring!
Tips voor overgevoeligheid
Overgevoeligheid voor geur vind ik vaak veel lastiger dan bijvoorbeeld voor geluid. Voor een hard geluid, of felle zon kan ik namelijk makkelijk een hulpmiddel inzetten zoals een koptelefoon of zonnebril. Voor geur gaat dit veel lastiger. Toch zijn er een aantal dingen die me kunnen helpen:
- Draag iets bij je met een lekkere geur zoals bijvoorbeeld een klein flesje olie of een doekje met een lekkere geur eraan.
- Zorg voor een fijne (veilige) geur in huis door kaarsjes te branden of wierook te gebruiken. Natuurlijk alleen als je dit zelf fijn vindt. Ik ken genoeg mensen die er niet aan moeten denken om nog meer geur in huis te halen, en dat is natuurlijk ook helemaal prima.
- Heb je last van een vieze geur? Schaam je hier niet voor en zoek bijvoorbeeld een andere plek op in een ruimte/trein etc.
- Ben je overprikkeld door geur?
Zoek naar manieren om tot rust te komen. Dit kan ook door andere zintuigen tot rust te brengen door bijvoorbeeld een koptelefoon te dragen.
Tips voor onder gevoeligheid
Er zijn ongetwijfeld nog veel meer tips te vinden, en omdat ik er zelf geen ervaring heb met onder gevoeligheid deel ik alleen de dingen waar ik wel eens van gehoord heb.
- Aroma therapie.
Hiermee kun je je reukvermogen trainen en nieuwe geuren leren kennen en herkennen. Er zijn verschillende manieren waarop je dit kunt oefenen. Bijvoorbeeld door geurige olieën te gebruiken, maar het kan ook met andere dingen die geur bevatten zoals zeep, of etenswaren. - Leer geuren benoemen.
Soms helpt het om niet alleen te oefenen met geuren, maar ook om het te benoemen. Zo maak je completere verbindingen in je hersenen die later kunnen helpen geuren sneller te herkennen.
Hoe is dit voor jou?
Herken je je in mijn ervaringen rondom reukzin, of ervaar jij het juist heel anders? Laat het me weten! En mocht je nog tips voor me hebben, die zijn ook van harte welkom!