Lief dagboek (1)

Voor ik kan beginnen aan deze blog moest ik eerst heel diep zuchten, heb ik deze blog alweer drie keer gewist en begin ik nu toch weer opnieuw.

Uitleggen waarom het dan zo moeilijk is weet ik ook niet, want het idee is vrij simpel: drie keer per week deel ik op Instagram ‘dagboekjes’ van ongeveer 1 minuut. waarin ik jullie meeneem in mijn leven. Ik zet ‘dagboek’ tussen haakjes omdat het geen letterlijke dagboek verslagen zijn van mijn week of dag. Het gaat vooral om mijn wens om verhalend gedachten te kunnen delen, en de lezers ondertussen mee te nemen in een soort doorlopend verhaal. Op maandag (vanaf volgende week) deel ik de tekstjes ook hier op mijn blog, zodat degene die geen Instagram hebben toch mee kunnen lezen.

Waarom dan dat gezucht?

Zuchten brengt ontspanning, en dit ‘project’ spanning (heel veel spanning). Ik ben voor honderd en één dingen bang. Onzekerheid is een enorme invloedrijk ding in mijn leven en ik heb mezelf beloofd die onzekerheid niet meer leidend te laten zijn in de dingen die ik wil doen. Dat is geen proces van even, maar hier werk ik natuurlijk al jaren aan.

En weet je; heel hard roepen dat ik aan mezelf werk is makkelijk. (En dat betekent overigens niet dat ik dus niet heel erg hard aan mezelf gewerkt heb.) Maar vervolgens doen wat je anders nooit zou doen omdat er ontelbaar veel overtuigingen in jezelf leven die je vertellen waarom en dat je het überhaupt niet in je hoofd moet halen om te doen vind ik echt een stap verder. Ik weet (denk ik) inmiddels echt heel erg goed wat ik wil. En ook waarom. En ook hoe.

Maar. Altijd maar die maar. Enfin. Ik weet het dus heus wel, en ik ben niet de eerste of enige die dit soort dingen maken of doen.

En daar zit de angel

Want: er zijn zoveel mensen veel beter, leuker, getalenteerder, intelligenter, liever, brutaler, zelfbewuster etc. etc. etc. dan ik.

En: er zijn al zo ontelbaar veel mensen die iets maken, schrijven, laten zien, vertellen, creëren etc. etc. etc, dan ik.

Wat voeg ik in hemelsnaam nog toe?

Het is een oneindig intern gevecht wat ik nooit ga winnen, maar wat ik wel ga proberen te negeren. In gezonde proporties hopelijk.

Want

Ik ben ik en ik ben er na de hoeveelheid ellende en moeilijke dingen in mijn leven heel erg aan toe om zelf te bepalen (en doen) wat ik graag wil doen. En daar hoort schrijven, verhalen vertellen en ‘kunst’ maken ook bij. Daar hoort bij dat ik dingen toch ga doen, omdat ik in mijn onderbuik voel dat ik er gelukkig van word, en dat het mijn plek is om te doen. Ondanks dat de andere 99% van mij roept dat het allemaal onzin is, en ik vooral helemaal niks moet doen, behalve wachten tot ik oud ben, om vervolgens opgegeten te worden door spijt omdat ik dingen niet heb gedaan die ik wel had willen doen.

Lief dagboek

Daarom maak ik lief dagboek. Omdat er geen dag is in mijn leven die ik niet schrijf. Omdat het me ontzettend blij maakt. En omdat ik vind dat het feit dat ik schrijf mij schrijver maakt.

Lief dagboek,

Dan tot slot nog even een klein puntje van frustratie. Want naast schrijvers die wel schrijven, maar nooit auteur worden, zijn er ook nog gewone mensen die niet echt schrijven, maar wel auteur worden. Van die mensen die tientallen duizenden volgers hebben en dan ineens gebeld worden door een uitgever omdat die graag een boek willen uitgeven wat die tientallen duizenden mensen graag willen kopen.

En het ligt er niet aan dat ik het die mensen niet gun, of dat ik het geen sympathieke mensen vindt. Integendeel. Ik weet alleen niet zo goed wat ik ermee moet. Hoe moet ik mezelf verhouden tot dit alles?

Tientallen duizenden volgers zal ik nooit krijgen (en dat is heel erg dik oké) en een uitgever zal mij nooit zomaar bellen omdat zij opereren met een ander soort risicobeperking dan ik doe. Ik wil niet zuur doen over geld, maar een zekerheidje op succes is altijd fijn. Dat vind ik ook als het drama van de eerste pannenkoek gepasseerd is.

Maar wie ben ik dan? En is er dan wel ruimte voor een boek van mijn hand? Moet ik er dan wel aan beginnen?

Wanneer ik door de bieb loop; het liefst voor openingstijd, verbaas ik me over de grote hoeveelheid en verscheidenheid aan boeken. En dan te bedenken dat elk huis, elke stad en elk land ter wereld zijn eigen schatten huisvest. Er zijn (maar dit verzin ik ter plekke) vast meer boeken en verhalen dan mensen op deze wereld. Eentje meer, ookal is het een slecht exemplaar, doet niet zoveel kwaad toch?

En als ik er nou blij van word?

Misschien maar een poging wagen dan?!

Eerst de paniekaanval die het online plaatsen van mijn ‘lief dagboek’ veroorzaakt maar eens temperen. Dan zie ik daarna wel verder!

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *